Meteen naar de inhoud

Schrijftips van Collega-auteurs –

eindpunt van je verhaal


Het motto van de Fantastische Unie is #samenvoorhetfantastischegenre, en dat geldt natuurlijk ook voor schrijven in dat genre. Daarom introduceren we de schrijftips, waarbij auteurs elkaar kunnen vertellen hoe zij bepaalde dingen aanpakken. Horen hoe vakgenoten het doen, kan immers heel inspirerend werken. Of misschien pak jij het net compleet anders aan en ook dat is interessant voor mede-auteurs. We zetten het hier voor je op een rijtje.
Om het een beetje overzichtelijk te houden, werken we met een thema/schrijfonderdeel waarrond er tips zijn gegeven.

Deze keer gaan we voor schrijftips rond de eindpunten van je verhaal:
Vorige keer bespraken we mogelijke beginpunten bij het schrijven, deze keer zijn hun tegenhangers aan de beurt. We beginnen met misschien wel de moeilijkste vraag van allemaal: wanneer is een verhaal/roman voor jou als schrijver af? Daaruit volgt automatisch: wat is een goed eindpunt voor de lezer? Verschilt dat eindpunt van jouw eindpunt als schrijver?
Hoofdstukken kennen ook een einde. Hoe benader je die (tijdelijke) eindpunten? En dan is er nog het onvrijwillige eindpunt dat elke schrijver hoopt te vermijden: je loopt vast. Hoe trek je het verhaal (en jezelf) weer los?
Laat het ons weten en inspireer zo andere schrijvers!


“Aan het einde van een verhaal wil ik ‘rijker’ zijn.”

“Ik hou als lezer van verhalen waarbij ik aan het eind iets rijker ben. Misschien dat ik iets geleerd heb, feitjes of inzicht of iets dergelijks. Of ik ben me ergens bewust van geworden of ergens over aan het denken gezet. Het liefst probeer ik in mijn eigen verhalen ook zoiets te bereiken. Mijn eigen ‘ideaal’ is een logisch en consistent verhaal waar in de laatste alinea ineens een draai wordt gegeven zodat alles op een totaal andere manier logisch en consistent is. Een aha-moment, een moment van verlichting (maar dan minder hoogdravend). Dat is moeilijk, vind ik, en het lukt zeker niet altijd, maar soms …”

– Charles van Wettum
Charles van Wettum (1957) begon rond 2021 sciencefictionverhalen te schrijven. Zijn loopbaan in onderwijs en management en zijn ‘andere kant’ als coach, pastor en mediator komen samen in zijn verhalen: ‘SF met een hart’. Hij houdt van speculatieve (korte) verhalen waardoor lezers even stilstaan bij menselijkheid en betekenis.

Als ik vast zit, ga ik personages tekenen, of een kaart.

“Een verhaal is af als de gebeurtenissen hebben geleid naar een nieuwe situatie, waarbij het hoofdpersonage iets geleerd heeft of een ontwikkeling heeft doorgemaakt. Daardoor eindigt het boek net ergens anders dan waar het is begonnen, de blinde vlek die de hoofdpersoon over zichzelf had is opgelost. Het mooiste is als het verhaal rond is en weer aansluit bij het begin, maar dat kan niet altijd. Een ander mooi einde is als het thema goed is afgerond of als aan de verwachtingen van de lezer voldaan is. Voor de lezer is het fijn om een afgerond verhaal te hebben waar alles op het einde bij elkaar komt.

Het eindpunt van het schrijven van een manuscript is de laatste zin van het verhaal, maar daar eindigt het voor mij als schrijver nog lang niet. Meestal ga ik nog een paar keer het hele manuscript zelf redigeren, controleren op logica en goed nakijken of alles echt klopt.
Bij het schrijven van een hoofdstuk dat afgerond is, probeer ik altijd in een volgend hoofdstuk te beginnen, dan ben ik alvast een stukje op weg en dat scheelt bij het opstarten de volgende dag. Zo voorkom ik een writer’s block. Wat bij mij ook helpt is om even iets anders te gaan doen als ik vastzit. Een kaart tekenen, een personage tekenen, informatie opzoeken op het internet of tussendoor aan een kort verhaal werken.
Soms moet je jezelf de tijd gunnen en het manuscript even wegleggen, er later weer naar kijken, dan vind je vaak de reden waardoor je niet verder kwam. Bij mij is dat meestal iets dat niet helemaal klopt en dat ik anders op moet schrijven. Maar als het wel lukt en je maakt echt vooruitgang, geeft dat een heerlijk gevoel als schrijver. Die momenten wil ik koesteren. Schrijven is echt fantastisch om te doen, zelfs als je er niet bewust mee bezig bent gaat je onderbewuste er mee verder en vaak droom ik de oplossingen als ik even niet zo goed meer weet hoe ik verder moet. Schrijven over wat je kent is ook een goed advies. De lezers pikken dat mee, ze merken dat het authentiek is.”

– Johanna Lime
Johanna Lime is het pseudoniem van Marjo Heijkoop. Ze debuteerde in 2015 met Schimmenschuw bij Zilverbron, gevolgd door de trilogieën De vergeten vloek (2017 – 2020) en Interplanetair (2021 – 2023). Johanna schrijft een combinatie van fantasy en sciencefiction in een zich steeds verder uitbreidend heelal.

“Ik hou van eindes die iets extra’s bevatten.”

“Ik heb een soort schrijverscomposthoop in mijn hoofd, waar onafgewerkte zaken/losse eindjes lekker blijven sudderen tot zich een oplossing aandient. Soms komt die snel, soms duurt het wat langer, maar ik heb inmiddels leren vertrouwen op het proces. Ik blijf niet bewust zoeken en denken en piekeren want dan vind ik het vervolg of het einde van mijn verhaal toch niet. Ik moet net een stukje durven loslaten. Vaak komt het antwoord bij het wakker worden, omdat mijn hoofd op dat moment nog heerlijk leeg is. In de loop van de dag helpt mijn strijkplank (of all things!) dan weer heel goed.
Strijken brengt me in de juiste toestand (lees: verstand op net niet nul). Sinds ik schrijf, heb ik bij een strijksessie dan ook altijd pen en papier in de buurt liggen. Muziek wil ook wel eens helpen, maar de strijkplank wint. Vind ik de antwoorden/het einde dat mijn brein opdiept toch niet je dat, dan gooi ik het gewoon terug voor een nieuwe suddersessie.
Zelf hou ik (als lezer en als schrijver) van eindes die iets extra’s bevatten. Je had al wel een idee dat het verhaal die kant zou opgaan, maar er zit toch nog een twist of diepere laag in die je niet meteen had zien aankomen. De kers op de taart, zeg maar. Die (liefst perfect rijpe) kers is als schrijver niet altijd eenvoudig te vinden. Strijkplank, waar ben je? Help!”

– Isabelle Plomteux
Isabelle Plomteux schrijft zowel fantasy als poëzie en combineert soms beide. Haar werk is verschenen op genrewebsites (Fantasize, Vonk, OOTW), in verhalenbundels (Ganymedes, EdgeZero) en in literaire tijdschriften (Sintel). In 2020 bemachtigde ze met haar episch fantasyverhaal Vuurvlieg de derde plaats bij de (toen nog) Harland Awards en in 2023 zetelde ze in de vakjury van deze verhalenwedstrijd. Daarnaast is ze redactielid van Fantasize.nl en initiatiefnemer en bestuurder van de Fantastische Unie. Isabelle is te vinden op Facebook, Instagram en LinkedIn.